Hoofdstuk 2 – Cao Kraamzorg

Artikel 2.1 – Werkingssfeer, ontheffing en toetreding

Artikel 2.2 – Karakter van de cao

Artikel 2.3 – Commissie van Interpretatie

Artikel 2.4 – Duur, wijzigingen, opzegging van de cao

Artikel 2.5 – Bijdrage werknemersorganisaties   

Artikel 2.1 – Werkingssfeer, toepassing en ontheffingen

  Werkingssfeer
  1. Deze CAO is van toepassing op de individuele arbeidsovereenkomst met je werkgever, zoals bedoeld in artikel 1.1 lid 1.
Ontheffing
  1. Op verzoek van de werkgever kunnen cao-partijen bij deze CAO besluiten de bepalingen van de CAO Kraamzorg niet van toepassing te verklaren op de arbeidsovereenkomst tussen deze werkgever en al zijn werknemers of een gedeelte van zijn werknemers als:
    • de arbeidsverhouding tussen de werkgever en zijn werknemers onder de werkingssfeer van meerdere CAO’s valt; of
    • er sprake is van toepassing van meerdere CAO’s in concernverband;
    • CAO-partijen kunnen aan een dergelijke ontheffing bepaalde voorwaarden verbinden.
Toetreding
  1. Als een werkgever (gedeeltelijk) niet onder de werkingssfeer van deze CAO valt, kan hij cao-partijen verzoeken deze CAO volledig te mogen toepassen op de arbeidsovereenkomsten met alle werknemers die voorafgaand aan de toetreding tot deze CAO onder de werkingssfeer van een andere CAO vielen. Partijen bij de CAO kunnen aan een dergelijke toetreding bepaalde voorwaarden verbinden.
  2. Partijen bij deze CAO kunnen een commissie instellen die bevoegd is om, bij strijdigheid van de werkingssfeer van deze CAO met een andere bindende regeling van arbeidsvoorwaarden, in overleg met de partijen bij de betreffende regeling een oplossing vast te stellen.
  3. Als een van partijen bij deze CAO vindt dat toepassing van de in deze CAO genoemde bepalingen, bijlagen of onderdelen daarvan in hun onderling verband bezien binnen de instelling of categorieën van instellingen of voor een bepaalde categorie van werknemers binnen de instelling(en) zal leiden tot niet door partijen bedoelde effecten van de CAO, kunnen partijen nadere uitvoeringsregelingen vaststellen, die van toepassing zijn op de instellingen of categorieën van werknemers.
  4. De beperkingen van de CAO zijn slechts van toepassing als deze niet in strijd zijn met dwingendrechtelijke bepalingen.